Kennismaking met boomklimmen

Door: Sylvia Looijesteijn (13 december 2018)

Het was een prachtige winterse dag: koud maar zonnig en vrijwel windstil. Zo’n dag waarop je graag naar buiten gaat, alleen stilzitten is geen optie. Een wandeling door bijvoorbeeld de Delftse Hout is natuurlijk best lekker, maar die dag mocht ik de natuur eens vanuit een heel ander perspectief beleven: ik ging boomklimmen!

Toen ik bij de eik aankwam werd ik hartelijk begroet door Jos van de Marel, de man achter Boombaard boomklimmen. Hij had alle voorbereidingen al getroffen en we konden dus meteen aan de slag. Ik keek omhoog naar de boom: een flinke joekel! En de eerste zijtakken zitten pas op een meter of tien. Hoe kom ik daar dan in? Jos legt het me allemaal uit. Hij heeft touwen opgehangen waar we in kunnen klimmen, tot we bij de takken komen. Hoog in de boom hangt een zogenaamde ‘cambium saver’ (zie plaatje). Die zit om de boomtak heen zodat je niet met het touw over de boom schuurt. Fijn, zo kunnen we de boom achterlaten zoals we hem vonden! Het touw loopt door de ringen heen en beide uiteindes komen weer op de grond. Met een knooptechniek heeft Jos het ene uiteinde vastgemaakt aan het touw. Klinkt het ingewikkeld? Gelukkig hoef je het niet zelf te doen! Al laat Jos het je allemaal graag zien.

Jos demonstreert hoe je in het touw klimt. We trekken onze gordels aan en hij klikt het touw met een karabiner vast aan zijn gordel. De bijzondere knoop in het touw is op te schuiven, waardoor je de grote touwlus eigenlijk ronddraait. En jij zit vast aan die lus. Zo hijs je jezelf op tot je bovenin bent!

We beginnen met wat oefeningen. Als eerste schuif je de knoop zo hoog mogelijk en gaat dan zitten in je gordel. Zo kun je even wennen aan de materialen. Zit alles goed? Dan ga je een stapje verder. Je zet je voet in een touwtje dat aan het dikke touw zit. Door op te staan gaat de spanning van het dikke touw af en kun je de knoop opschuiven. Daarna ga je weer in je gordel zitten. Op zo’n twee meter hoogte volgt oefening twee. Vertrouw je het systeem echt? Ga dan maar op je kop hangen! Jos demonstreert het vol gemak. Handen los en hangen maar! Ik heb wat meer moeite mezelf ondersteboven te krijgen maar met de tips van Jos lukt het me. Daarna oefenen we nog met het afdalen. Wel fijn als je weet dat je dat kunt voordat je bovenin die boom zit!

Na het oefenen begint het echte werk! De eerste passen zijn wat onwennig maar al gauw kom ik in een soort flow. Zitten, voet in het touwtje, opstaan, knoop opschuiven, zitten. Je bent zo gefocust dat je alles om je heen vergeet. Alleen jij en het touw zijn er nog. En de boom natuurlijk, met de enorme stam die je stukje voor stukje in je gezichtsveld krijgt. Af en toe pauzeer ik even en kijk hangend in mijn gordel om me heen. Het is stil. Het voelt alsof we de wereld achter ons hebben gelaten en ons op deze hoogte even nergens zorgen over hoeven maken. Heerlijk. Na een tijdje kom ik de eerste zijtak tegen. Ter afwisseling van het touwklimmen gebruik ik die en klim erop. Jos herinnert me eraan om wél de knoop weer op te schuiven. Anders zou ik, mocht ik van de tak vallen, een stukje naar beneden kukelen. Op zich niet erg want het touw vangt me wel op, maar ik val toch liever niet een stuk omlaag. Ik vraag me af hoeveel kilo dit systeem kan houden en Jos vertelt dat zelfs zijn camperbusje er wel aan zou kunnen hangen. Ik ben blij dat die gewoon beneden staat, maar ben wel gerust dat ook mijn decemberkilootjes met gemak opgevangen zullen worden, mocht ik vallen. Jos vertelt ondertussen dat hij dacht dat deze eik een identiteitscrisis had: hij had tijdens een onderhoudsbeurt aan de boom wat beukennootjes gevonden. Na enig speurwerk bleek de boom gelukkig geen psychische problemen te hebben, maar werd hij bezocht door een Vlaamse Gaai. Die vogels blijken net als eekhoorntjes een wintervoorraad aan te leggen. Een klein natuurweetje tijdens deze natuurbeleving, hoe leuk!

 

We klimmen verder tot we bij de cambium saver komen. Die hangt in een stevige oksel van de boom. Hoe Jos die daarin heeft gekregen? Dat vertel ik een andere keer wel. We zoeken beiden een tak uit en maken het onszelf comfortabel. En daar lig ik dan, bovenin een eik in het park, midden in de winter. Ik doe mijn ogen dicht en adem een aantal keer diep ik en uit. Als ik m’n ogen weer open zie ik door de takken heen een strakblauwe lucht. Onder ons lopen af en toe mensen voorbij, maar de meesten kijken niet omhoog. Alsof we er even niet zijn. Ik geniet. Kun je nog meer ‘in de natuur’ zijn?